Probleemgedrag is een signaal. De mate en de manier waarop de omgeving er op in zal gaan, bepaalt of het gedrag voeding krijgt of juist niet. Om te zorgen dat ongewenst gedrag niet uitgebreid wordt, geeft Björn Canfijn, trainer tijdens de studiedag NAH, 3 tips.
- Door gedrag als signaal te zien en geen oordeel of norm aan het gedrag te geven, kun je objectief zoeken naar de reden voor het gedrag om de ander te helpen.
- Gedrag vindt plaats in de context. Er verandert vaak iets in de omgeving aan prikkels, interactie of stressoren waardoor het gedrag getriggerd wordt. De trigger weghalen zorgt voor ander gedrag.
- Gedrag zal vaker plaatsvinden als het beloond wordt. Zodra ongewenst gedrag niet wordt beloond, zal de ander zijn/haar gedraag moeten aanpassen. Er is geen voedingsbodem om ongewenst gedrag voort te zetten.
Wil je meer handvatten voor het omgaan met complex gedrag bij mensen met NAH? Volg dan de workshop van Björn tijdens de studiedag NAH.
Meer informatie over de studiedag NAH
