Volgens cijfers van het CBS is dementie de snelst groeiende doodsoorzaak in Nederland. De verwachting is dat het aantal mensen met deze hersenaandoening door de vergrijzing snel zal toenemen. In de VG (verstandelijke gehandicaptenzorg) komt dementie vaker voor dan bij normaal begaafde mensen. Zo heeft één op de drie cliënten met het Downsyndroom van 40 jaar en ouder hier al mee te maken.
Lastig te herkennen
Afhankelijk van de mate van afhankelijkheid van de cliënt is dementie bij iemand met een verstandelijke beperking soms lastig te herkennen, waardoor hij of zij mogelijk niet de juiste zorg krijgt. Wanneer de cliënt voorheen (redelijk) zelfstandig kon functioneren, vallen vergeetachtigheid, verwardheid en een achteruitgang in de dagelijkse vaardigheden sneller op, dan bij iemand die deze vaardigheden nooit gehad heeft. In dat geval bestaat de kans dat het langer duurt, voordat de diagnose ‘dementie’ wordt gesteld.
Speciale testen
Reguliere testen die bij normaal begaafde mensen worden gebruikt om dementie vast te stellen, zijn niet geschikt voor cliënten met een verstandelijke beperking. Daarom zijn er voor hen testen beschikbaar die specifiek toetsen op dementie:
NETOL – een neuropsychologische testserie voor cliënten met een licht verstandelijke beperking.
DSVH – een gedragsobservatieschaal voor cliënten met een matige tot (zeer) ernstige verstandelijke beperking, waarbij de informatie over de cliënt door de familie én de zorgprofessional wordt verstrekt.
Niet te genezen
Dementie is niet te genezen. Wel zijn er medicijnen die het ziekteproces kunnen vertragen of verlichten, maar de effecten zijn nog onvoldoende onderzocht bij cliënten met een verstandelijke beperking. Een goede samenwerking tussen de familie van de cliënt en verschillende zorgverleners (zoals artsen, verzorgenden, therapeuten en andere zorgprofessionals) is belangrijk om de juiste ondersteuning, behandeling en verzorging te kunnen geven.
Aanvullende benaderingswijzen
Er zijn verschillende aanvullende benaderingswijzen om het welzijn van de cliënt met dementie te vergroten. Een respectvolle en methodische wijze van begeleiden staat daarbij altijd voorop. Hierbij kun je denken aan:
- ROB (Realiteits Oriëntatie Benadering) – duidelijke pictogrammen, foto’s en dagschema’s kunnen de cliënt, vooral in de eerste fases van dementie, houvast bieden
- Belevingsgerichte zorg – inspelen op de individuele behoefte van de cliënt waarbij er door de verzorgers niet geoordeeld wordt, maar de normen en waarden van de cliënt centraal worden gesteld
- Omgevingszorg – structuur en herkenbaarheid en overprikkeling verminderen
- Reminiscentie – herinneringen aan vroeger ophalen
- Zintuigactivering – met behulp van kijken, horen, ruiken, proeven en voelen de zintuigen gericht activeren met als doel fijne ervaringen op te doen of te ontspannen
- Haptonomie – door dementie veranderen de zintuigen en daardoor heeft de cliënt minder lichaamsgevoel. Haptonomie kan een hulpmiddel zijn om de cliënt te helpen om zich gemakkelijker te verplaatsen of te laten verzorgen
- Aromatherapie – geuren kunnen zorgen voor ontspanning. Via een verstuiver, in het badwater of als massageolie kunnen etherische oliën ook voor verlichting van de luchtwegen zorgen, of een gunstig effect hebben op de huid of gewrichten
- Muziektherapie – muziek ontspant en kan herinneringen terughalen en emoties opwekken en daardoor voor veranderingen op gedragsmatig, cognitief, sociaal, emotioneel of lichamelijk gebied zorgen.
Geaccrediteerde nascholing
Wil je meer handvatten om cliënten met een verstandelijke beperking met dementie beter te begrijpen en te begeleiden? Houd dan ons bijscholingsaanbod in de gaten. Wij vullen ons uitgebreide, gevarieerde en geaccrediteerde scholingsaanbod voor zorgprofessionals regelmatig aan.